Leven op het ritme van de wind en van de zon
Jaren zong ik het uit volle borst mee op chirokamp. Jason zong het misschien niet (de ksa heeft toch een minder uitgebreid arsenaal aan liedjes ;)) maar ook hij kent het gevoel. Beiden houden we zo erg van buiten leven, van kamperen, van weg van de luxe, van natuur en rust.
We zijn in het paradijs. Ons camperke is klein maar biedt alles wat we nodig hebben. Een bed, een inimini frigo, 2 vuurtjes en een wasbak met stromend water. Met de 50 liter watertank en een volle batterij slagen we erin 2 a 3 dagen wild te kamperen, vooraleer we moeten bijtanken en de batterij moeten opladen. Dan slapen we op een camping, nemen een douche en maken gebruik van alle faciliteiten: een vleesje op de barbecue, een wasje draaien in de wasmachine,...
Het principe van wild kamperen gaat in Australië als volgt: als er geen borden staan dat kamperen niet is toegestaan, dan mag het. Ze voorzien ook gratis plekjes, wat vaak een stopplaats naast de weg is. Daar vind je vuilnisbakken en met wat geluk ook een toilet. Even vaak is het gewoon een leeg veldje, wat we misschien nog meer appreciëren. Into the wild voor pro's. Wikicamps is onze beste vriend: een offline werkende app die ons vertelt waar we gratis of betalend kunnen kamperen, wat voor faciliteiten er zijn,... we sliepen al op wondermooie plaatsen, met prachtige zonsondergangen, aan meertjes en riviertjes, soms met ons 2, soms delen we de plekjes met andere avonturiers. Het is een win-win: we voelen ons fantastisch in de natuur, zonder faciliteiten, en onze portemonnee juicht mee.
Australië is alles wat ik ervan verwacht had en zoveel meer. Het landschap is onbeschrijfelijk. We zagen nu enkel nog maar een stuk van het Noordelijk Territorium en werden al overspoeld met prachtige watervallen, idyllische hotsprings, romantische zonsondergangen, beklijvende savannelandschappen en ga zo maar door. De rust die hier hangt is een verademing na het drukke Azië.
We zijn in Darwin gestart, best een speciale stad als je weet dat die 50 jaar geleden nog volledig verwoest werd door een tyfoon. Modern, nieuw, proper en niet erg groot. Ideaal om het links rijden gewoon te worden, boodschappen te doen en landinwaarts te rijden. De juiste weg vinden is in Australië niet echt een uitdaging. Er is telkens maar 1 grote weg en die moet je vaak honderden kilometers volgen zonder afslag. Fluitje van een cent, zelfs voor mij (en dat zegt veel). We bezochten Litchfield National Park, en waren er helemaal weg van. Niet het grootste park maar het heeft enorm veel te bieden. We zwommen onder watervallen, deden een wandeling, gingen naar cascades en deden ook daar een zwemmetje. We reisden op een rustig tempo verder via Kakadu naar Katherine.
In Katherine, het eerstvolgende stadje sinds Darwin, liet ik mijn rug onder handen nemen. De laatste weken was de pijn steeds erger geworden, na al het getjool en de minder goede matrassen was dit niet echt een verrassing. Na een half uur getrek en gesleur aan mijn lijf zou ik weer even verder moeten kunnen. Laat ons hopen.
Ook hier had je weer prachtige watervallen waar we met plezier wat afkoeling in zochten. De temperaturen liggen hoog, de UV index ook. We smeren vaak en veel, drinken liters water en zorgen steeds voor een hoofddeksel. Een zonneslag loert echt om de hoek.
De route die we kozen is niet de meest toeristische. We hebben lang getwijfeld, enorm veel opgezocht en geïnformeerd, en uiteindelijk voor het stukje Noordelijk Territorium en de westkust gekozen. In 7 weken plannen we van Darwin naat Perth te reizen. Onderweg komen we vooral Australiërs uit het zuiden tegen die de winter ontvluchtten. Blijkt dat velen van hen ook weg zijn van de ongerepte natuur in de westkust. We moeten eerlijk zijn: de gemiddelde leeftijd van onze mede-kampeerders is vaak 60+. Maar de Australische medemens loopt over van vriendelijkheid. We worden overspoeld met praatjes, tips en aanraders. We schrijven alles goed op, want ze weten duidelijk waarover ze spreken. We hebben vele gezellige avonden, delen de barbecue of een fles wijn, leren veel bij over Australië, zijn geschiedenis, de natuur, en natuurlijk ook over onze nieuwe vrienden zelf. We krijgen het er warm van. En dat ligt niet alleen aan de hete temperaturen.
Wat betreft de tussenstand van de gespotte dieren: duizenden vleermuizen, honderden vliegen, mieren, vliegende mieren, kevers en termieten, tientallen kikkers, salamanders, roofvogels, reigers en dode kangoeroes, 3 krokodillen, 3 levende kangoeroes, 0 emoes,0 slangen, 0 gevaarlijke spinnen. Dat laatste mag zo blijven.
Ondertussen zijn we via nog enkele watervallen en wandelingen aangekomen in kununurra, en trekken we door naar Broome. Dan kunnen de echte westkustavonturen beginnen: zwemmen met dolfijnen, duiken met walvishaaien (ik ben nog niet overtuigd), zotte grade 5 en 6 wandelingen, klimmen en wie weet wat er nog op ons pad komt.
Eerst plannen we nog een aboriginalschool te bezoeken, en er wat vrijwilligerswerk te doen. We zagen al heel wat aboriginalproblemen: alcohol is er meestal 1 van. Na veel babbels met de Australiërs krijgen we er een beter zicht op, we willen nu ook een kijkje nemen aan de andere kant. Hopelijk ontvangen ze ons met open armen.