Van de Ozzies naar de Kiwi’s

11-11-2017

De laatste weken Australië vlogen voorbij. Via de kust reden we naar de start van de Great Ocean Road. Een kustweg die iets over Melbourne start, en die handmatig aangelegd werd door teruggekeerde soldaten na WO1. Werken in de buitenlucht naast de oceaan moest helpen om de oorlogstrauma's te verwerken en zorgde er ondertussen voor dat de afgelegen dorpjes met elkaar verbonden raakten. Het was een felbeheerde job, waar men ook voedsel en onderdak kreeg. De weg ligt naast de kust, maar evengoed vlak naast fantastische bergen. Het uitzicht is uniek en de kronkelweg zorgt voor vele tussenstops. Leve wagenzieke reizigers! We zagen El Grotto, de 12 apostels (die door moeder natuur tot 8 werden gereduceerd), en London Bridge. Allemaal erg mooi, maar ook erg toeristisch. De rest van Australië vonden wij iets authentieker. Op de route is het ook verboden vrij te kamperen. We trokken meer landinwaarts en vonden enkele pracht kampeerplekjes! Kangoeroes op minder dan 10 meter, uitgestrekte natuur en mooie zonsondergangen.

Daarna reden we naar de Grampians, een ander nationaal park. We wandelden er naar hartenlust, werden weer verwend met uitzichten om "u" tegen te zeggen en namen stilletjes afscheid van Ozzie. Via Melbourne vlogen we naar Nieuw Zeeland.

Daar pikten we Jelke op, een vriendin van Jason. Ze wandelde de voorbije 5.5 maanden de PCT (Pacific Crest Trail van Mexico naar Canada, goed voor zo'n 4625 km, vaak tot 50 km per dag!) en kwam een 2 tal weken voor ons aan. In Auckland kwamen we samen en al snel lieten we de stad achter ons om het Noordereiland te ontdekken. Vanaf nu zijn we onderweg met auto en tent.

Volledig vrij kamperen lukt maar af en toe. Vaak is de voorwaarde dat je self contained moet zijn: een eigen toilet, een kraantje en afwasbak, een vuilwatertank etc. Lijkt me duidelijk dat we hier niet aan voldoen en een boete van 200 dollar willen we liever niet riskeren. Gelukkig lukt het soms wel, soms betalen we ook 8 dollar per persoon, en ook de kiwi's helpen mee met inventieve oplossingen. Zo mochten we gratis kamperen bij een wijnboer. We kregen een gratis degustatie, moesten wel een flesje kopen en konden daarna gratis logeren. Wijndegustaties zijn hier echter meestal betalend, dus we deden een goede deal. Een andere keer sliepen we in de tuin van een tea room, voor 20 dollar per auto hadden we niet alleen een slaapplek, maar ook een warme douche.

Ondertussen genieten we van het unieke landschap. Niets van wat ik ooit zag komt in de buurt van het spectaculaire kleurenpalet hier. De bergen en oceaan zijn uiteraard ook heel mooi, maar het is vooral de vulkanische omgeving die me omver doet blazen. Kokend water uit de grond, warmwaterrivieren, en allerlei kleuren (en geuren, door de geothermische activiteit hangt er in de buurt van de warmwaterbronnen een geur van zwavel. Lees: rotte eieren). We genoten al 2 keer van die hotpools, en vinden het steeds weer verbazend. Als je in een rivier met waterval zwemt en de watertemperatuur bedraagt zo'n 35 graden, dan besef je even hoezeer de natuur leeft.

In het uiterste noorden bezochten we dan weer een grot vol gloeiwormen, wat voor een uniek lichtspekakel zorgde. We reden naar het Noordelijkste punt en bezochten er de vuurtoren en de plaats waar de 2 oceanen samen komen. Een lange, bochtige rit die wat ver was enkel voor die vuurtoren. De gigantische zandduinen waren echter minstens even indrukwekkend en we huurden er 2 sandboarden om van die duinen naar beneden te glijden. Op je buik de berg af, spectaculair. Te voet de berg op is dan weer erg lastig, zeker door de felle wind. De stoerste van het gezelschap moest uiteraard even zijn testosteron tonen en probeerde rechtop naar beneden te komen. Een pijnlijke bil en stijve nek later was het besluit dat er betere ideeën zijn. De verkoper zei: 'We've all been there man ;)' Mannen he.

We probeerden ook Castle Rock te beklimmen. De meest modderige, vuile aanloop naar een klimgebied ooit, maar het uitzicht boven was fenomenaal. Het plan was om naar beneden te rapellen, daarna 3 touwlengtes naar boven te klimmen (mijn eerste multipitch!) en dan via de modderweg weer naar de auto te stappen. Boven stonden er echter al 4 mensen die dezelfde route wilden klimmen, dus was het wachten geblazen. Lang wachten.... Al snel bleek echter dat de rots te nat was en dat er helemaal niet geklommen zou worden. Super ontgoocheld op dat rotpad terug naar beneden. Gelukkig bakte Jelke wentelteefjes voor ons en kwamen we na 10 minuten een ijsjessalon tegen. Alles kan worden gecompenseerd met eten. Mijn nichtjes zullen dat zeker bevestigen :).

Daarna werd er geraft, bezochten we Hobbiton en deden we onze eerste trektocht. We deden het mooiste stuk van de toeristische Tongariro crossing en na de top sloegen we af naar de eerder verlaten Northern Circuit. We hadden gigantisch veel geluk met het weer, hadden uitzichten op de Blue Lakes, Red Crater en konden de hele tocht genieten van het zicht op Mount Doom. Je kon de tocht in 2,3 of 4 dagen doen, maar als we de weersvoorspelling bekeken deden we er goed aan om de tocht in 2 dagen af te ronden. Er werd sneeuw en heel koude temperaturen voorspeld en slechte zichtbaarheid. We stapten dus een vlot tempo en vele kilometers per dag. Eerlijk, 't was iets te veel voor mij. Gigantisch afgezien, maar de voldoening nadien is even groot. Een prachtige wandeling, slapen in de bergen, eten uit zakjes en met je hele hebben en houden erop uit trekken, het blijft 1 van de mooiste dingen.

Nog enkele dagen op het Noordereiland en dan op de ferry naar het zuidereiland, wat nóg mooier schijnt te zijn en met nog een lijst trektochten die we willen afwerken. Maar vandaag is het voeten omhoog en rusten geblazen.

© 2017 Reisblog van Jason & Lies. Alle rechten voorbehouden.
Mogelijk gemaakt door Webnode Cookies
Maak een gratis website. Deze website werd gemaakt met Webnode. Maak jouw eigen website vandaag nog gratis! Begin