Weer, wind en wildlife
Na het prachtige Karijini hadden we enkele rijdagen, om daarna te gaan duiken en snorkelen in Exmouth en Coral Bay. Onderweg kregen we reeds 2 snorkels en duikbrillen van een vriendelijke Duits, Alex. Aangezien hij richting het noorden reed had hij ze niet meer nodig, en wij spaarden weer wat extra dollars uit. Hij deelde ook zijn kangoeroebiefstuk met Jason, (voor mij geen kangoeroe, dank je) en wij deelden onze gin tonic. We hadden een gezellige doch ietwat vreemde avond, maar we konden er niet echt de vinger op leggen.... Toen we hem s morgens een lijntje zagen snuiven vielen de puzzelstukjes in elkaar. Gelukkig was de kangoeroe niet gedrogeerd :).
Ningaloo reef staat hoog op het lijstje in de top 10 van mooiste duikplaatsen. Het moet ondertussen niet meer onderdoen voor zijn grote broer, great barrier reef aan de oostkust van Australië, waar het koraal jammergenoeg geleidelijk zijn kleur verliest door de opwarming van de aarde. We stonden dus te popelen om een duik te nemen en die prachtige onderwaterwereld te ontdekken. Ik welliswaar met een ei in mijn broek; er zitten haaien in de oceaan. Haaien, weet je wel.
Domper 1 kwam echter al snel. Er stond teveel wind en er kon de eerste 3 dagen niet gedoken worden, en geen garantie dat het nadien beter ging worden. We twijfelden, er was in Exmouth en Coral bay niet veel meer te doen dan duiken, dure walvistours, zonnen op het strand en snorkelen. Gezien de vele wind en de koudere temperaturen ging Jason alleen het water in met snorkel en bril. De moeite, dat zeker, maar na 10 minuten kwam hij het water uit met rillende mond. Koud, was het verdict. We besloten door te reizen. 3 dagen wachten op een plaats waar alles rond de oceaan en stranden draait, maar waar het te koud is om dingen te ontdekken, het leek niets voor ons. Er komen nog mooie duikplaatsen, toch? En we hebben alvast een goed excuus om nog eens terug te komen.
Gelukkig werden we bij onze eerste stop langs de kust verrast door walvissen die allerlei kunstjes lieten zien. Wauw. Geen dure tour voor ons, maar vanuit een uitkijkpunt langs de kustlijn zagen we ze, wondermooi. Iemand zei ons tijdens deze reis: je hoeft voor niets te betalen, aan de westkust heb je steeds een gratis alternatief. Voorlopig blijkt dit echt te kloppen. We besluiten ook monkey mia over te slaan wegens de grote afstand. DE plaats om dolfijnen te spotten, maar het geluk is aan onze zijde; 2 dagen later zien we een hele groep dolfijnen op weer een uitkijkpunt aan de kust. Gepaard met opnieuw een prachtige walvis. Om nog maar te zwijgen van de meest adembenemende stranden die ik ooit zag... Onze duikteleurstelling is al lang verleden tijd.
We reden via een roze meer (de algen zorgen voor de roze kleur, heel gek) en een superzoute baai, hamelin bay, naar kalbarri national park. Daar trokken we onze wandelschoenen terug aan, kozen voor de grootste wandeling van het park, genoten van de mooie georges en de sportieve uitdaging. We zagen ook klimmers, wat ons verbaasde maar ook deed verlangen om eindelijk nog eens wat routes te bedwingen. Na wat rond te vragen bleek het vooral om traditioneel klimmen te gaan, waar wij het juiste materiaal niet voor hebben, en om routes ver boven ons niveau. We bleven dus met beide voeten op de grond. Letterlijk en figuurlijk :).
In Perth aangekomen gingen we op zoek naar een klimzaal. We informeerden over de klimgebieden in de streek rond Perth en het zuidwesten. Via een klimsite wisten we dat we nu in de goede regio zaten om aan sportklimmen te doen. Al snel volgde echter domper 2. De behaking is erg beperkt (4 haken op 20 meter), opnieuw vooral traditioneel klimmen, weinig routes op een normaal niveau en niet de beste rotsen. Deze ontgoocheling duurde wat langer om te verteren, maar we besloten de paar gebieden die we konden doen toch te gaan bekijken. We hadden wat extra materiaal nodig omdat de behaking in West-Australië best uniek is, we reden naar een steengroeve en zochten de makkelijkste route uit. Het was niet ideaal, niet het beste ooit, maar we klommen en dat deed ons goed.
Ondertussen zaten we duidelijk in een koudere streek, waar de zon ons overdag nog kon verwarmen, maar waar we 's avonds vroeg in de camper kropen. We reden steeds zuidelijker, en daar was plots de regen. Al dagen valt hij met bakken uit de lucht. De wind giert, overdag wordt het niet warmer dan 13 graden, s nachts zijn we blij als de temperatuur niet onder de 5 zakt. Jason draagt een lange! broek, zegt dat genoeg? We kochten een warm water kruik, want voor alle duidelijkheid: er is geen verwarming in onze villa. En ook geen warm water.Maar elk nadeel heeft zijn voordeel: de batterij van onze frigo gaat langer mee, wat betekent dat we meer dagen gratis kunnen kamperen. Onze voorraad thee begint eindelijk te slinken. De choco is minder lopend. Onze drank heeft steeds lekker fris. Super, toch?
We laten het niet aan ons hart komen. Als je zo lang reist dan kan het weer al eens tegenvallen. We beklimmen bluff knoll, de hoogste berg van zuidwest Australië. Gezien de felle windstoten leggen we de laatste honderden meters op handen en voeten af. De gladde rotsen en miezerige regen maken van de tocht een echte uitdaging. Misschien daarom dat slechts 2 andere mensen ons pad kruisen? We doen wandelingen in de vele nationale parken hier, deden een skywalk en waanden ons in de 7e hemel. Een natte en winderige 7e hemel, uiteraard. We bezochten een natural bridge in Albany, enkele uitkijkpunten aan de kust en tijdens het rijden zagen we plots een heleboel kangoeroes, eindelijk met een baby in de buidel! Daar keek ik al lang naar uit. Alsof we nog niet genoeg verwend waren met al dat prachtig wildlife, liep er een vos voor onze auto en zagen we eindelijk emoes. Kortom, we zijn nog steeds content, en we rijden stilletjes weer noordelijker. Misschien schijnt daar de zon opnieuw?